

Colby Buzzell zou een heel gewoon leven hebben geleid als hij tevreden was geweest met een simpel baantje in een saai Amerikaans stadje, als hij geen drive had om de wereld te verkennen en Bush niet een politieke avonturier was geweest van de meest bedenkelijke soort. Dan zou Colby zeker geen boek hebben geschreven. Hij twijfelt nog steeds of hij er goed aan heeft gedaan: tekenen bij het Amerikaanse leger. “Het enige goede dat ik zeker weet, dat ik er tot nu aan overgehouden heb is mijn boek. Wie het leest weet: trap er niet, teken niet.”
Wat me opviel in je boek was de humoristische ondertoon. In romans is dat heel gewoon. In een boek over de oorlog in Irak verwacht je dat niet. Zeker niet in een biografie.
“Tsja...Ik heb niet bewust grappig willen zijn. Maar de militaire werkelijkheid is bizar. Humor ook. Humor is lang niet altijd leuk, eerder wrang. Op de televisie is het allemaal grappig bedoeld, al die comedy’s en slapstick. Dat spul is gemaakt om de mensen te laten denken dat ze zorgeloos in bed kunnen kruipen. Maar humor in de echte wereld is een survivaltool. Komt ook veel voor onder brandweerlui en mensen die in mortuaria werken. Het probleem is dat zij elkaar onderling begrijpen. Buitenstaanders ervaren het als ongepast. Maar wat moet je doen als in je contract leest over de verplichting dat je na je diensttijd zes jaar oproepbaar blijft? En de man die je rekruteert daarover zegt dat je er maar niet over in moet zitten omdat die clausule gewoon in elk contract staat? En dat het alleen van kracht wordt als de derde wereldoorlog uitbreekt? Nou, mooi dat je moet lachen, omdat je weet dat hij liegt. En hij lacht ook omdat hij weet dat jij ook wel beter weet.”
Maar jij hebt desondanks getekend.
“Ja. Ten eerste was ik niet principieel tegen het leger. Ten tweede had ik weinig toekomst omdat ik niet bepaald ‘goed geschoold’ kon worden genoemd. En dan nog, in Bay Area, waar ik vandaan kom had ik het in het gunstigste geval tot pizza-koerier geschopt. Met andere woorden: ik vond dat ik eigenlijk niets te verliezen had. Ik wilde wel wat van de wereld zien en, eerlijk, het avontuur lokte. En ten derde las ik die kleinigheid pas nadat ik had getekend. Ik had trouwens ook wel getekend als ik het vooraf had doorgelezen.”
Je tekende na 11 september. Was het voor het vaderland of had je andere motieven?
“Ik ben geen nationalist, en evenmin een fan van Bush. Mijn bedoeling was te ontsnappen uit een vrij kansloze omgeving. En het leger beweert dat je kansen krijgt. Een goed salaris, een rijbewijs. Op het moment dat je daarover zit te praten is Irak heel ver weg. Alhoewel, vaag in mijn achterhoofd wist ik dat de mogelijkheid erin zat om ingezet te worden. Op dat moment zag ik dat als een avontuur.”
Je zag het leger dus niet als the easy way out?
“Nee. Ik ben niet gek. Ik zag het echt als de manier om te reizen, andere culturen te zien en alle andere dingen te doen waarvan je in een slaperige Amerikaanse voorstad alleen maar kunt dromen. Het soldatenleven leek me buitengewoon spannend. Ik was tenslotte 26, had helemaal niks bereikt en voelde dat ik ook nooit wat zou bereiken. Dus koos ik heel bewust voor het leger en ik was me er ook heel erg van bewust dat ik dingen zou moeten doen die het leger vraagt.”
In je boek schrijf je een beetje meewarig over rekruteren. Zou je het zelf hebben gedaan?
“Voor ik in Irak was misschien wel. Ik heb eigenlijk nog steeds niks tegen het leger. Ik heb iets tegen de manier waarop het leger wordt gebruikt. Daarom zou ik geen reclame voor het Amerikaanse leger willen maken. Als het een eerlijk bedrijf was lag het anders.”
Wat heb je er eigenlijk aan overgehouden?
“Een boek. Vrienden. Ervaringen. En ogen in mijn achterhoofd. Dat laatste is geweldig in Irak. Maar in het gewone leven is het verdomd lastig. Ik ben eigenlijk nooit niet alert. Altijd observeren. Overal waar ik ben kijk ik uit welke hoek kan worden geschoten en waar ik dekking zou zoeken. Ook in Amsterdam. Overal. Het is geen tic. Het is een tweede natuur. Je leven hangt af van je vermogen om je omgeving te kennen. Elke goeie soldaat zal hetzelfde zeggen. En geen burger begrijpt hoe dat nou werkt.”
In je boek schrijf je dat je in het leger voortdurend met leugens wordt geconfronteerd. Dat kon je toch weten?
“Dat in een oorlog het eerste slachtoffer de waarheid is? Dat weet iedereen. Maar ik bedoel wat anders. Het is net zoiets als het kopen van een tweedehands auto. Volgens de verkoper is alles aan zo’n kar perfect. Nog beter dan nieuw. Als koper weet je dat hij liegt, en de verkoper weet ook dat jij dat weet. Dat is de game. Natuurlijk wist ik dat ze logen. Maar dat ze alles logen had ik niet gedacht. Tenslotte krijg je je auto mee. Maar de eerste maanden soldij waar je recht op hebt worden niet uitbetaald. Dat is nou een leugen die kenmerkend is voor de Amerikaanse legerleiding. Net zoals de beloftes over nazorg, scholing, opleiding en verlof. Propaganda is een leugen. Kan ik mee leven. Maar contractbreuk is heel wat anders. Ik wist dat ze tegen me logen. Dat is inherent aan het systeem. Maar dat over alles werd gelogen verraste me.”
En omdat er zo werd gelogen begon je aan een weblog?
“Ik begon dat log om twee redenen. Ten eerste schreef ik gewoon wat ik meemaakte op omdat ik me gewoon verveelde. Ik had wat te doen. En ik ontdekte dat wat je op de officiële zenders ziet geen barst met de werkelijkheid heeft te maken. CNN, BBC, noem ze maar op. Alles wat ze je laten zien is gemanipuleerd of uit z’n verband gerukt. Sinds Irak kan ik het niet meer opbrengen om naar zogenaamd nieuws te kijken. Dat is allemaal een godvergeten leugen. Soms heb ik het gevoel dat zelfs de weersverwachting gelogen is. Op mijn log publiceerde ik gewoon wat we dagelijks meemaakten. En om een of andere reden trok dat aandacht. En voor mij was dat weer de aanleiding om door te gaan. Soldaten en hun familie herkenden zich erin. Om problemen te voorkomen gebruikte ik een pseudoniem.”
Dat is nieuwe: berichtgeving rechtstreeks vanaf het front
“Internet is nog steeds niet te controleren. Ik maakte daar gebruik van, maar niet met de bedoeling om als soldaat / verslaggever te werken. Het log was in het begin niks anders dan mijn manier om de verveling tegen te gaan. Een verlengde van het schrijven van dagboeken. Dat doet elke soldaat: dagboek bijhouden. Maar het werd opgepikt, en groeide uit tot een soort hype. Ik verbaas er me er nog steeds over dat de legerleiding het tolereerde. Misschien zien ze in dat internet niet totaal is te controleren. Ik ben natuurlijk wel op het matje geroepen. Maar ik mocht doorgaan. Het verbaast me nog steeds.”
Wist je waarvoor je vocht?
“Geen idee. Toen ik er was wist ik het niet. Nu weet ik het nog niet en ik denk dat maar heel weinig mensen weten waarom we daar zijn. Feit is dat nu we er zijn we er niet meer weg kunnen. Maar we hebben ons zelf in die positie gebracht. Vroeger vochten soldaten zonder te vragen, dat blijven ze doen. Inherent aan het systeem”
Je was actief in het veld in een Stryker. Een soort pantserwagen.
“Heb ik een haat / liefde verhouding mee. Soms voelde ik me er heel veilig in, maar in combat kneep ik’m. Hij heeft me er doorheen gesleurd.”
In combat. Wat was dat voor jou?
“Chaos. Echt slag leveren gaat zelden zoals je’t ziet op CNN. De schietpartijen waar ik bij was verliepen altijd chaotisch en ik denk dat het voor elk schietincident geldt. Ik heb meegemaakt. Meestal is er blinde paniek. En wordt op alles geschoten wat beweegt. Ook is het voorgekomen dat er duizenden kogels zijn afgevuurd op iemand die zich te lang te verdacht gedroeg. Als er dan eentje begint te vuren doet iedereen mee. En weet niemand meer wie nou eigenlijk op wie vuurt. Die beelden zendt CNN niet uit. Ook de beschieting van een moskee zie je niet op het nieuws. Maar als je vanuit een moskee onder vuur wordt genomen, neem je die moskee onder vuur. En op die momenten denk je niet, je doet alleen en wat je doet herinner je je later nauwelijks. ‘Ik leef nog, ‘. Dat is het enige wat je weet als de wapens zwijgen. Het meest griezelige vond ik kinderen. Jongetjes die met een speelgoedpistooltje zwaaiden. Onbevangen. En wij als soldaat maar hopen dat het kind echt speelgoed in handen had. Dat is macaber. Overwegen op een kind te schieten. Dat is oorlog.”
Soldaat Buzzell vermaakt zich in Amsterdam...
“ ex-Soldaat Buzzell zou best in Amsterdam willen blijven. Wat een leven hier. Je kunt je naar het Nirvana blowen en het mag nog ook. Daar heeft ex-soldaat Buzzell inmiddels een paar dagen ervaring mee. Misschien is dat het gunstigste wat ik eraan heb over gehouden: dat ik in Amsterdam in een coffeeshop kan zitten dankzij mijn weblog dat een boek is geworden. En laat je lezers weten: vertrouw ze niet, die bonzen die roepen dat wij daar mensen bevrijden en democratie brengen.”
http://www.openheidoverirak.nu/
Feije Wieringa Iraq veteran wins blog prize as US military cuts web access
Colby Buzzell
Mijn Oorlog
Uitgave M